Deuteronomium 2:22

Gereviseerde Leidse Vertaling

evenals hij voor Ezau's zonen, die op den Seir wonen gedaan heeft, voor wie hij de Horieten verdelgde, zodat zij hen verdreven en zich in hun plaats vestigden en gevestigd bleven tot op dezen dag.

Parallel Translations

Gereviseerde Lutherse Vertaling
gelijk Hij gedaan heeft met de kinderen van Esau, die op het gebergte Ser wonen, toen Hij de Horieten voor hen verdelgde, en hen hun land liet bezitten, dat zij aldaar in hunne plaats woonden tot op dezen dag.

Staten Vertaling
Gelijk als Hij aan de kinderen van Ezau, die in Seir wonen, gedaan heeft, voor welker aangezicht Hij de Horieten verdelgde; en zij verdreven hen uit de bezitting, en hebben aan hun plaats gewoond tot op dezen dag.

Bible Verse Review
  from Treasury of Scripure Knowledge

Esau: Genesis 36:8

the Horims: Deuteronomy 2:12, Genesis 14:6, Genesis 36:20-30, 1 Chronicles 1:38-42

Reciprocal: Genesis 32:3 - Seir Deuteronomy 2:21 - but the Lord 1 Chronicles 1:39 - Hori

Gill's Notes on the Bible

As he did to the children of Esau which dwelt in Seir,.... He did the like things for them as he did for the Ammonites:

when he destroyed the Horims from before them: which is repeated from Deuteronomy 2:12, other instances of the like kind being here recited:

and they succeeded them, and dwelt in their stead, even unto this day;

Deuteronomy 2:12- :.

Barnes' Notes on the Bible

These verses, like Deuteronomy 2:10-12, are in all likelihood an addition made by a later reviser.

Deuteronomy 2:20

Zamzummims - A giant race usually identified with the Zuzims of Genesis 14:5.

Deuteronomy 2:23

The Avims which dwelt in Hazerim, even unto Azzah - Read (Gaza, of which Azzah is the Hebrew form. “Hazerim” is not strictly a proper name, but means “villages,” or “enclosures,” probably such as are still common in the East. The Avims are no doubt identical with the Avites of Joshua 13:3, and were doubtless a scattered remnant of a people conquered by the Caphtorim (Genesis 10:14 note) and living in their “enclosures” in the neighborhood of Gerar. The word, which means “ruins,” seems itself expressive of their fallen state.