Lectionary Calendar
Friday, May 24th, 2024
the Week of Proper 2 / Ordinary 7
Attention!
We are taking food to Ukrainians still living near the front lines. You can help by getting your church involved.
Click to donate today!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

Numeri 9

1 De Heer sprak tot Mozes in de woestijn van den Sinai, in het tweede jaar van hun uittocht uit Egypteland, in de eerste maand:2 Laat de Israelieten het pascha op den daarvoor vastgestelden tijd vieren:3 op den veertienden dag in deze maand, in den schemeravond, zullen zij het op den daarvoor gestelden tijd vieren; volgens al de daaromtrent gegeven inzettingen en verordeningen zullen zij er mede handelen.4 Derhalve zeide Mozes den Israelieten dat zij het pascha zouden vieren;5 en zij vierden het pascha in de eerste maand, op den veertienden dag der maand, in den schemeravond, in de woestijn van den Sinai; juist zoals de Heer Mozes bevolen had, zo deden de Israelieten.6 Maar enige mannen die aan een menschenlijk verontreinigd waren en daarom het pascha op dien dag niet konden vieren, traden dien dag voor Mozes en Aaron7 en zeiden tot hen: Wij zijn aan een menschenlijk verontreinigd; waarom zouden wij nu van het voorrecht verstoken zijn de gave voor den Heer op haar tijd te midden der Israelieten te brengen?8 Toen zeide Mozes tot hen: Blijft hier staan; dat ik verneme wat de Heer te uwen aanzien beveelt.9 Toen sprak de Heer tot Mozes:10 Zeg den Israelieten: Wanneer iemand aan een menschenlijk is verontreinigd of op een verre reis is, dan moet hij toch het pascha ter ere van den Heer vieren--dit geldt voor u en voor uw nageslacht.11 In de tweede maand, op den veertiende dag, in den schemeravond, zullen zij het vieren; zij zullen het met ongezuurd brood en bittere kruiden eten,12 er niets tot den morgen van overlaten en er geen been van breken; volgens al de inzettingen betreffende het pascha zullen zij er mede handelen.13 Maar alwie rein en niet op een verre reis is en dan nalaat het pascha te vieren, die persoon zal uitgeroeid worden uit zijn volk, omdat hij des Heeren gave niet op haar bepaalden tijd gebracht heeft; die man zal zijn zonde dragen.14 En wanneer een vreemde onder u verkeert en het pascha tot eer van den Heer viert, dan moet hij het doen naar de inzetting en verordening op het pascha: een en dezelfde inzetting geldt voor u, voor den vreemde en voor den inboorling des lands.

15 Ten dage dat de tabernakel werd opgericht bedekte de wolk den tabernakel van de tent der Geboden, en des avonds was zij op den tabernakel, in de gedaante van een vuur, tot aan den morgen.16 Zo was het voortdurend: de wolk bedekte hem overdag, en des nachts de gedaante van een vuur.17 Zo dikwerf de wolk van boven de tent opsteeg braken daarna de Israelieten op, en ter plaatse waar de wolk bleef rusten, aldaar legerden zich de Israelieten.18 Naar 's Heeren last braken de Israelieten op, en naar 's Heeren last legerden zij zich: zolang de wolk in rust bleef op den tabernakel bleven zij gelegerd;19 zelfs wanneer de wolk vele dagen lang op den tabernakel bleef, gaven de Israelieten acht op 's Heeren aanwijzing en braken zij niet op.20 Somwijlen was de wolk slechts weinige dagen op den tabernakel; dan legerden zij zich naar 's Heeren last en braken zij op naar zijn last.21 Somwijlen was de wolk ervan den avond tot den morgen; steeg dan de wolk in den morgen op, zo braken zij op.22 Steeg zij na een dag en nacht op, dan braken zij op; of na twee dagen na een maand of langer, wanneer de wolk geruimen tijd op den tabernakel bleef rusten, dan bleven de Israelieten gelegerd en braken niet op; maar wanneer zij opsteeg, braken zij op.23 Naar 's Heeren last legerden zij zich, en naar 's Heeren last braken zij op; zij gaven acht op 's Heeren aanwijzing, overeenkomstig hetgeen de Heer hun door Mozes gelast had.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile