Lectionary Calendar
Saturday, May 18th, 2024
Eve of Pentacost
Attention!
We are taking food to Ukrainians still living near the front lines. You can help by getting your church involved.
Click to donate today!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Job 2

1 Het gebeurde nu op een dag, toen de kinderen Gods kwamen om zich voor den Heer te stellen, dat de satan ook onder hen kwam en voor den Heer trad.2 Toen sprak de Heer tot den satan: Van waar komt gij? De satan antwoordde den Heer en sprak: Ik heb het land rondom doorgetrokken.3 En de Heer sprak tot den satan: Hebt gij geen acht geslagen op mijnen knecht Job? Want zijnsgelijke is in het land niet, vroom en oprecht, godvrezend en mijdende het kwaad; en hij houdt ook nog vast aan zijne vroomheid, maar gij hebt Mij bewogen, dat Ik hem zonder oorzaak getuchtigd heb.4 De satan antwoordde den Heer en sprak: Huid voor huid, en al wat een mens heeft laat hij voor zijn leven;5 maar strek uwe hand uit en tast zijn gebeente en zijn vlees aan, voorwaar, hij zal U in het aangezicht vaarwel zeggen.6 En de Heer sprak tot den satan: Zie, hij zij in uwe hand; verschoon alleen zijn leven.

7 Toen voer de satan uit van het aangezicht des Heren, en sloeg Job met boze zweren van de voetzool af tot den schedel toe.8 En hij nam een potscherf en krabde zich, en zat in de as.9 En zijne huisvrouw zeide tot hem: Houdt gij nog vast aan uwe vroomheid? Laat God varen, en sterf.10 Maar hij zeide tot haar: Gij spreekt gelijk uitzinnige vrouwen spreken; hebben wij het goede van God ontvangen, en zouden wij het kwade ook niet aannemen? In dit alles zondigde Job niet met zijne lippen.

11 Toen nu drie vrienden van Job al het ongeluk hoorden, dat hem overkomen was, kwamen zij ieder uit zijne plaats, Elifaz van Teman, Bildad van Suah, en Zofar van Nama; want zij waren het ns geworden, dat zij gaan zouden om hem te beklagen en te troosten.12 En toen zij hunne ogen van verre ophieven, herkenden zij hem niet; en zij verhieven hunne stem en weenden, en ieder scheurde zijn kleed, en zij strooiden aarde boven hunne hoofden en naar den hemel.13 En zij zaten met hem op de aarde zeven dagen en zeven nachten, en spraken niet met hem, want zij zagen, dat de smart zeer groot was.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile