1 Kronieken 20:1

Gereviseerde Lutherse Vertaling

En toen het jaar om was, ten tijde dat de koningen uittrekken, voerde Joab het heirleger, en verwoestte het land der kinderen Ammons, en kwam en belegerde Rabba; doch David bleef te Jeruzalem. En Joab sloeg Rabba en verdelgde het.

Parallel Translations

Gereviseerde Leidse Vertaling
Na verloop van een jaar tijds, tegen den tijd dat de koningen plegen te velde te trekken, voerde Joab het krijgsheir uit, verwoestte het land der Ammonieten, kwam bij Rabba en belegerde het, terwijl David te Jeruzalem bleef. En Joab sloeg Rabba en haalde het omver.

Staten Vertaling
Het geschiedde nu ten tijde van de wederkomst des jaars, ten tijde als de koningen uittrokken, zo voerde Joab de heirkracht, en hij verdierf het land der kinderen Ammons; en hij kwam, en belegerde Rabba; maar David bleef te Jeruzalem. En Joab sloeg Rabba, en verwoestte ze.

Bible Verse Review
  from Treasury of Scripure Knowledge

am 2969, bc 1035, An, Ex, Is, 456

And it came: 2 Samuel 11:1

after the year was expired: Heb. at the return of the year, 1 Kings 20:22, 1 Kings 20:26, 2 Kings 13:20

wasted: Isaiah 6:11, Isaiah 54:16

Rabbah: Deuteronomy 3:11, 2 Samuel 12:26, 2 Samuel 17:27, Jeremiah 49:2, Jeremiah 49:3, Ezekiel 21:20, Ezekiel 25:5, Amos 1:14

Joab smote: 2 Samuel 11:16-25, 2 Samuel 12:26-31

Reciprocal: 1 Chronicles 18:11 - the children

Barnes' Notes on the Bible

This chapter, containing such other warlike exploits belonging to David’s reign as the writer of Chronicles thinks it important to put on record, is to be compared with the passages of Samuel noted in the marginal references.

Clarke's Notes on the Bible

CHAPTER XX

Joab smites the city of Rabbah; and David puts the crown of its

king upon his own head, and treats the people of the city with

great rigour, 1-3.

First battle with the Philistines, 4.

Second battle with the Philistines, 5.

Third battle with the Philistines, 6, 7.

In these battles three giants are slain, 8.

NOTES ON CHAP. XX

Verse 1 Chronicles 20:1. After the year was expired, at the time that kings go out to battle] About the spring of the year; 2 Samuel 11:1.

After this verse the parallel place in Samuel relates the whole story of David and Bath-sheba, and the murder of Uriah, which the compiler of these books passes over as he designedly does almost every thing prejudicial to the character of David. All he states is, but David tarried at Jerusalem; and, while he thus tarried, and Joab conducted the war against the Ammonites, the awful transactions above referred to took place.